Pagina's

woensdag 28 augustus 2013

Moordenaars

Eind jaren tachtig woonde ik in een flat. Direct rechts van mij woonde een Turks gezin, man, vrouw, zoontje en dochtertje. De vrouw was aardig maar sprak slecht Nederlands. De man was erg knap, een grote charmeur en gek op vrouwen (meisjes). Hij had een dure, rode sportwagen met open dak. Hij had blijkbaar veel succes bij de vrouwen want regelmatig zag je hem in de winkelstraten lopen met aan beide armen een meisje.
Hoe het huwelijk verder was, weet ik niet, maar dat laat zich raden.

Dat bewuste jaar ging de familie met vakantie naar Turkije. Op een gegeven moment zei de man tegen zijn vrouw: "Kom, we gaan een strandwandeling maken." Hij had eerder op de dag al voorbereidingen getroffen door een groot gat te graven en een schop daar te verstoppen. Op het strand schoot hij zijn vrouw dood en begroef haar.  Bij de politie gaf hij zijn vrouw als vermist op maar hij viel al snel door de mand. Hij werd in Turkije in het gevang gestopt, maar na een kleine twee jaar liep hij al weer vrolijk rond in onze plaats. Wat bleek? Een groot aantal gevangenen had om een of andere festiviteit gratie gekregen en daar hoorde hij ook bij. Hij had in Nederland weer een huis gekregen, hertrouwde en zijn kinderen woonden weer bij hun vader die hun moeder had vermoord.

Ik verhuisde en kwam op nr. 44 te wonen.
Het was eind januari 's avonds laat, op een vrijdag. Ik hoorde geknetter en dacht dat een van de buren vuurwerk aan het afsteken was, ik ergerde me een beetje omdat het al zo laat was. Het geknetter bleef maar aanhouden. Ik besloot om eens door de lamellen te gaan kijken waar dat vuurwerk vandaan kwam. Maar het was geen vuurwerk. De garages van nr. 42 en nr. 40 stonden in lichterlaaie, door de buurman van nr. 40 aangestoken in een dronken bui. Ik was doodsbang. De garages staan niet ver van het huis. Straks zou het vuur het huis bereiken en dan ook mijn huis. Ik woon in een twee-onder-één-kapwoning en nr. 42 en nr. 44 zitten aan elkaar. Maar gelukkig kwam de brandweer al gauw en was het gevaar geweken.

Het hele weekend gebeurde er niets, maar toen ik op maandagochtend opstond, bemerkte ik dat ik de achterdeur niet uit kon. Het hele erf was afgezet met roodwitte linten en mannetjes in witte pakken en met maskers speurden in de tuin, op zoek naar asbestdeeltjes. Het hele weekend mocht je vrij in je tuin rondlopen en werd je niet gewaarschuwd, maar op de eerste werkdag was er ineens gevaar.

De brandstichter was een tijdje weg, maar daarna kwam hij weer in zijn oude huis wonen. Wij waren allemaal bang voor die man, want wie weet wat voor gekke dingen hij nog meer ging doen.

Op een gegeven moment stonden er twee agenten voor de deur. Ze waren bezig met een buurtonderzoek en vroegen of ze binnen mochten komen. Wat bleek, de brandstichter van nr. 40 was in een naburig dorp in zijn auto aangehouden. Hij reed daar met zijn vriendin. En in de kofferbak lag het lijk van de ex van zijn vriendin. In verband daarmee kwamen de agenten de buren ondervragen over die bewuste man. Spannend hoor, ik was ineens getuige in een echte moordzaak. Maar helaas, ik kon de agenten niet wijzer maken. Ik kende de man van gezicht, maar had nog nooit met hem gesproken en hem eigenlijk alleen maar een paar keer gezien. Ik kijk nooit door de voorruit. Mijn kamer is gericht op de achterkant. Daar ging mijn glorieuze rol als hoofdgetuige in rook op.
Nadien hoor je dan van de buren allerlei wilde verhalen over hem, het ene verhaal nog mooier dan het andere.

De man werd veroordeeld en opgesloten. Ik was blij dat de brandstichter-moordenaar uit onze straat verdwenen was.

4 opmerkingen:

  1. Dat zijn toch wel heftige dingen zeg. Jammer dat jij geen kroongetuige kon zijn. ;o(

    BeantwoordenVerwijderen
  2. oh... lijkt wel een thriller ! ik ben blij dat ik zo'n buurman niet heb voor zover ik weet :-) alhoewel einde van het jaar krijg ik nieuwe buren...

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Jeempie zeg, wat heftig, zo griezelig zo iemand in je buurt te hebben.
    Gelukkig niet zulke enge dingen mee gemaakt
    Wel dat ik een keer wakker werd midden in de nacht van een gek geluid. Toen ik uit het raam keek zag ik in de weerspiegeling van een auto dat er ergens brand was.
    Ik in mijn kleren geschoten en met telefoon naar buiten. Ja hoor, tegen een woning aan, net nieuwe buren uit de Antillen, stond een kliko in brand. De goot begon al vlam te vatten. Ik ze gewekt en de buren en mijn man. Die kwam met een toevallig aangeschafte brandblusser en bluste het ergste vuur. Met een schep de rest verspreid en toen kwam de brandweer. Na blussen was de sensatie snel voorbij. Waar de mensen vandaan komen. Ik weet het niet maar al snel stond er veel volk.
    Weinig slaap nog gehad die nacht en gelukkig is er na niks meer gebeurd.
    Maar geen enge moordenaars en zo.
    Knuf
    Wil

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Dit valt onder de categorie verhalen als je het vertelt zeggen mensen te erg om waar te zijn. Maar vreselijk zeg om daar naast te wonen!!!

    BeantwoordenVerwijderen