Vader De Wit moest dus zorgen voor fietsen. En dat deed hij ook. Op de zolder van zijn grote schuur had hij allerlei fietsonderdelen liggen en daarvan stelde hij dan weer een nieuwe fiets samen. Een likkie verf erop en een kind had weer een nette fiets.
De kinderen kregen een fiets als ze voor het eerst naar de lagere school gingen. Op hun zesde dus. Als nummer 2 uit het gezin dan fietsrijp was, kreeg zij de fiets van nummer 1, als nummer 3 fietsrijp was kreeg hij de fiets van nummer 2 en nummer 2 kreeg de fiets van nummer 1 enz. Nummer 1 kreeg telkens een `nieuwe` fiets. Vader zorgde er keurig voor dat elke kind een goede, geschikte fiets had.
Overigens, die zolderopruimingen vond Greetje altijd een feest. Er kwamen allerlei dingen te voorschijn waarmee je kon spelen. Met een voorvork bijvoorbeeld kon je mooie cirkels maken in het zand.
Wij moesten elke zaterdag onze eigen fiets poetsen en in een soort was zetten. De fiets moest altijd schoon zijn en het chroom altijd keurig glimmen. Ook kregen we regelmatig te horen dat we niet van het trottoir af mochten rijden omdat dan de spaken kapot zouden kunnen gaan.
De jongens leerden al snel banden repareren. Meisjes hoefden dat niet te leren. Dat was jongenswerk. Meisjes moesten moeder helpen.
In Greetjes jeugd had vader De Wit nog geen auto. Als het gezin dan bij familie, bijvoorbeeld opa en oma, gingen, kwam het hele koor op de fiets: vader, moeder en zeven kinderen.
Met Hemelvaartsdag gingen we altijd dauwtrappen. Niet zo heel vroeg, want eerst moest er nog naar de kerk gegaan worden.
Greetje herinnert zich in het bijzonder nog een bepaalde Hemelvaartsdag. Er was een vliegshow op vliegveld Terlet en daar zou het gezin heen gaan. Het was zo'n 20 kilometer fietsen. Greetje was toen zo'n jaar of 8. Omdat Greetjes jongste broertje nog te klein was, kwamen moeder en hij met de bus. Vader De Wit ging dus met zes kinderen tussen de zeven en veertien jaar op stap. Toen kon dat nog omdat er nog niet zo veel autoverkeer op de weg was.
Daar ging vader De Wit dan met zes kinderen op pad. Plaatje van het www. |
Mooi verhaal, Greet! Those were the days.
BeantwoordenVerwijderenOverigens "bizar" dat je vader uit z'n gezin werd weggehaald/weggerukt om in Duitsland bij een fietsenmaker te werk gesteld te worden. Dat kan je toch al nauwelijks "oorlogsindustrie" noemen.
Prachtig Greet om het zo te lezen, ik snap trouwens wel dat je dat herinnert van vroeger. Ik fietste vroeger op zondag altijd met mijn ouders, eerst naar het naburige dorp en daar gingen we een paar uur wandelen. Ik kan mij herinneren dat ik eerst achterop zat en niet in een luxe bobike stoel zoals nu maar gewoon een stang in de rug en de voeten in de fietstas...wat was die weg dan lang!!!
BeantwoordenVerwijderenMooie herinneringen.
BeantwoordenVerwijderenMooi verhaal. En wat moesten jullie goed op de fietsen letten. De kinderen van de fietsenmaker mochten natuurlijk ook niet op een beroerde fiets rijden. Ik vind het nu met 3 kinderen af en toe al heel moeilijk om ze veilig naar de plaats van bestemming te krijgen.
BeantwoordenVerwijderenAnna Marie.
:-) toch blij dat mijn vader auto monteur en chauffeur was.
BeantwoordenVerwijderenEllen zat met dr luie gat al snel in een auto hihi